donderdag 4 oktober 2012

Op weg naar Konya

Met de bus op weg naar Konya stoppen we bij klooster met mooie Byzantijnse fresco's  en heel veel in de rots uitgehakte cellen voor de monniken.

In Nigde (halverwege Konya) bezoeken we het museum met beelden uit de late steentijd en een aantal mummies.

Aan het eind van de dag zijn  we in een  karavanserai. Dit is een gebouw waar vroeger de karavanen met hun dieren en goederen konden overnachten. De kamelen sliepen dan buiten en de handelaren zelf sliepen binnen en deden ook  nog wat zaken. Om de 40 km was er een karavanserai. Dit is de grootste van Turkije.

Ons hotel ligt aan de rand van de stad Konya (1 miljoen inwoners) en heeft jammer genoeg geen zwembad. Verder heerlijk schoon en rustig met het nooit vervelende buffet met veel vers fruit en groenten. Op de kamer wifi en een heerlijk bad waar je stiekem even zonder gips in kunt.


Konya staat vooral bekend om de dansende derwisjen, die lange tijd achtereen in dezelfde richting blijven draaien. Het Mevlana-museum is aan deze derwisjen gewijd.  Dit museum, een soort klooster, is genoemd naar de mystieke filosoof en dichter Mevlana, de stichter van de orde van de dansende derwisjen. Ook zijn graftombe bevindt zich hier. Om deze reden wordt de stad ook als een heilige plaats beschouwd en is het een soort bedevaartsplaats.

De dans van de derwisjen bevat elementen uit de islam, het christendom en het boeddhisme. Het klooster had een grote aantrekkingskracht op vele volgelingen.Een van de belangrijkste regels volgens het leven van de derwisjen was de sema. Tijdens deze rituele dans draaien de monniken, gekleed in de karakteristieke gewaden en taps toelopende fez (hoed), steeds sneller in het rond, waardoor zij in extase raakten en zo hun ziel met het allerhoogste konden verenigen.

Verder is Konya een universiteitsstad en een bolwerk van de huidge islam.









Geen opmerkingen:

Een reactie posten